Dat ik een gevoelige jongen ben, dat wisten jullie natuurlijk allemaal wel, maar als het op de tandarts aankomt, ben ik gewoon een regelrecht watje. Deze week was het weer zover. De controle had ik twee weken geleden al gehad. Dinsdag moest de boel worden voorbereid voor het plaatsen van een kroon. Al twee dagen voor deze martelgang kon ik er nauwelijks van slapen en kon ik aan weinig anders denken. Mijn, overigens zeer vriendelijke en begripvolle, tandarts had me beloofd dat ik niets zou voelen. Ik kreeg eerst een tijdelijke kroon en volgende week wordt de definitieve geplaatst. Die twee kleine gaatjes neemt hij dan ook meteen even mee. Alsof het niets is.
Ondanks de verdoving lag ik stokstijf stil in die stoel en moest de assistente me er met enige regelmaat aan helpen herinneren dat ik wel moest blijven ademhalen. Ik kan gewoon heel slecht tegen dat gepoer in mijn bek en ook nadat die verdoving is uitgewerkt, zeurt het gewoon nog de rest van de dag door. Die napijn en het gevoel alsof de hele zaak flink is ontzet, trekt een behoorlijke wissel op mijn gemoed.
Als ik mijn ouders, postuum, toch een verwijt moet maken, is het dat ze mij in mijn jeugd naar de schooltandarts lieten gaan. Voor mijn generatiegenoten beter bekend als de bekkenbeul. Ik kan me nog goed herinneren dat ik in de klas zat en die klotebus voor de school zag stoppen. Het klamme angstzweet brak me direct aan alle kanten uit. Het was nu een kwestie van tijd alvorens ik zou worden opgeroepen. Aangezien ik redelijk vooraan in het alfabet zat, duurde dat nooit lang. Van verdoven had die nazi tandarts nog nooit gehoord en die assistente gaf mij een blik van "O wee als je ook maar één kik geeft." Waar vonden ze dit soort mensen en wat had ik de pest aan mijn klasgenoten die niet hoefden. Hier is het natuurlijk begonnen met dit trauma.
Ik hoop niet dat mijn verzekeraar meeleest, want voordat ik in Bloemendaal kwam wonen, was ik ruim zeven jaar niet meer bij de tandarts geweest. Had ik nu maar beter gepoetst en keurig ieder half jaar naar de controle en de mondhygiëniste gegaan, dan was mij nu een hoop ellende bespaard gebleven. Ik ben blij dat mijn zoon een grotere held is en zijn hand niet omdraait voor een tandartsconsult. Van mijn tandarts begreep ik dat ik echt niet de enige ben en er een causaal verband bestaat tussen de vroegere schooltandarts en de angst die velen hebben voor een gang naar de tandarts. We hebben samen een meerjarenplan gemaakt om de zaak weer een beetje te fatsoeneren, wat ik op zich al enorm dapper van mezelf vind. Ik laat me toch niet leiden door angst!
Ook ik zal me best wel eens schuldig maken aan de stelling dat vroeger alles beter was. En, eerlijk is eerlijk...in sommige gevallen gaat die vlieger ook echt wel op, maar niet als het gaat om de tandarts. Inmiddels hebben ook de elektrische tandenborstels hun weg gevonden naar onze badkamer en is het nu alleen nog een kwestie van gedisciplineerd keurig tweemaal per dag goed poetsen. Er is een hoop verbeterd, maar de dag dat ik vrolijk fluitend naar de tandarts ga, ligt nog in een verre toekomst.